Aangeboren oogafwijking

Je hoopt er natuurlijk niet op, maar er kan iets misgaan tijdens de ontwikkeling van de baby in de baarmoeder. Een kind kan hierdoor geboren worden met een oogafwijking. Ook zijn er een aantal erfelijke oogafwijkingen. Een aantal aangeboren oogafwijkingen komt relatief vaak voor, andere afwijkingen zijn erg zeldzaam. Hieronder een overzicht.

Aangeboren blindheid

Wanneer een kind blind wordt geboren heeft het een gezichtsveld van minder dan 10%. In ongeveer de helft van de gevallen is aangeboren blindheid het gevolg van een erfelijke oogafwijking. Meer over aangeboren blindheid.

Kleurenblindheid

Wanneer je geen kleuren van elkaar kunt onderscheiden spreken we van kleurenblindheid. Kleurenblindheid behoort tot de erfelijke oogafwijkingen. Meer over kleurenblindheid.

Scheelzien

De meest voorkomende aangeboren oogaandoening is scheelzien. Bij scheelzien kijken de ogen niet naar hetzelfde voorwerp: het ene oog concentreert zich op wat men wil waarnemen, het andere oog staat niet in dezelfde lijn en kijkt dus een andere kant op. Meestal in binnenwaartse, maar ook wel in buitenwaartse of zelfs opwaartse richting.

Soms gaat scheelzien gepaard met een lui oog, dat wil zeggen dat het schele oog slecht ziet en steeds minder details gaat onderscheiden. Het scheelzien manifesteert zich meestal voor het eerst in de kleutertijd of de eerste kinderjaren, wanneer het gezichtsvermogen zich aan het ontwikkelen is.

Congenitaal cataract

Aangeboren staar is zeldzaam, toch worden sommige kinderen geboren met een troebele ooglens. Op oudere leeftijd komt het vaak voor en noemen we dit staar of cataract. Congenitaal cataract kan ontstaan door een infectie tijdens de zwangerschap of overgedragen worden via de genen. Wanneer ouders merken dat hun kind ze niet goed aankijkt en de ogen wegdraait kan dit een indicatie zijn van congenitaal cataract. Het is belangrijk deze aangeboren oogafwijking te laten behandelen. Door de oogaandoening kun je minder goed zien. Onbehandeld kan staar ook leiden tot een verminderd gezichtsveld en gezichtsscherpte op latere leeftijd.

Primair congenitaal glaucoom

Glaucoom komt vooral voor bij oudere mensen. Toch bestaat er ook zoiets als aangeboren glaucoom. Bij deze aangeboren oogafwijking is de oogdruk te hoog. Gemiddeld komt het slechts bij 1 op de 17.000 baby’s voor. Je herkent de oogafwijking aan een vergroot hoornvlies. Meestal kan de diagnose al gauw na de geboorte gesteld worden. Primair congenitaal glaucoom moet zo snel mogelijk worden behandeld door middel van een operatie om schade aan het oog en gezichtsvermogen te voorkomen.

Coloboom

Coloboom is een zeldzame aangeboren oogafwijking. Hierbij ontbreekt een deel van het oog dat tijdens de zwangerschap niet goed ontwikkeld is. Meestal is dit een deel van de iris en/of pupil. Coloboom ziet eruit als een uitloper van de iris en/of pupil. Sommigen spreken van een sleutelgatvorm van het oog. Meer over coloboom.

Ptosis

Bij aangeboren ptosis zijn de oogspieren verslapt. Hierdoor hangen de (bovenste) oogleden gedeeltelijk over het oog heen, niet te verwarren met een lui oog. Ptosis is in principe geen gevaarlijke oogafwijking. Meestal trekt het vanzelf weg. Meer over ptosis.

Retinoblastoom

Retinoblastoom is een vorm van oogkanker bij kinderen. Het komt relatief weinig voor: gemiddeld bij 1 op de 17.000 kinderen. De diagnose is meestal al voor de derde verjaardag gesteld. Bij retinoblastoom moet er zo snel mogelijk geopereerd worden.

Wanneer een oogafwijking niet direct na de geboorte wordt vastgesteld, maar je wel een oogaandoening vermoedt (zoals scheelzien, lui oog, slecht zien), is het raadzaam een arts te raadplegen. Een aantal van de bovenbeschreven aandoeningen kan men verhelpen, mits er op tijd met behandeling wordt gestart.

De behandeling bij aangeboren oogafwijkingen verschilt per oogaandoening. In een aantal gevallen is er een oogoperatie nodig. Meestal moet een operatie zo snel mogelijk na de diagnose van een oogafwijking plaatsvinden, om (verdere) schade aan het oog of het gezichtsveld te voorkomen. Bij andere aangeboren oogafwijkingen zoals scheelzien is de behandeling niet altijd operatief. Het kind krijgt dan bijvoorbeeld een speciale bril of het goede oog wordt afgeplakt met een pleister. De keuze voor behandeling gaat vaak in overleg met een oogarts. Laat je dus goed voorlichten over de verschillende behandelmogelijkheden bij oogafwijkingen.