Buikgriep

Buikgriep is een ontsteking van het slijmvlies in je maag-darmstelsel. Zowel virussen, bacteriën als parasieten kunnen zo’n infectie geven. Wanneer je een buikgriep oploopt via besmet voedsel of drinken, dan spreken we van een voedselvergiftiging of voedselinfectie.

Norovirus

Meestal wordt buikgriep door het norovirus veroorzaakt. Dit virus wordt overgedragen via bedorven voedsel en water dat besmet is met ontlasting, braaksel of speeksel van iemand met buikgriep, via direct contact met een besmet persoon of via besmette oppervlaktes zoals een deurknop. Het norovirus is erg besmettelijk. Je hoeft maar heel weinig virus binnen te krijgen om ziek te worden. Vooral in situaties waar mensen dicht op elkaar leven is dit een probleem, zoals bij een cruise, op school, in het ziekenhuis of verpleeghuis. Als buikgriep heerst, kan een groot aantal mensen hier tegelijkertijd last van krijgen.

Veel voorkomende symptomen van buikgriep zijn:

• Overgeven
• Diarree
• Hoofdpijn
• Buikpijn
• Buikkrampen
• Spierpijn
• Lichte koorts
• Misselijkheid

Projectielbraken komt bij meer dan de helft van de norovirusinfecties voor. Dit is zeer krachtig overgeven waarbij je de maaginhoud in een boog uitspuwt.

De symptomen van buikgriep, veroorzaakt door het norovirus, beginnen meestal 15 tot 48 uur nadat je het virus hebt binnengekregen. Vervolgens houden de symptomen ongeveer vier tot zeven dagen aan. Bij kinderen, ouderen en mensen met een aandoening kan dit langer duren.

Hoe lang blijft buikgriep besmettelijk?

Als de symptomen van buikgriep weg zijn, kun je het virus nog wel aan anderen overdragen. Na het verdwijnen van de klachten blijf je na buikgriep nog drie dagen besmettelijk. De ontlasting waar het virus in zit, kan nog wel drie weken besmettelijk blijven.

Er bestaat geen behandeling tegen buikgriep. De symptomen gaan meestal vanzelf over na vier tot zeven dagen. Bij buikgriep is het vooral belangrijk om uitdroging te voorkomen. Daarom moet je voldoende vocht, suiker en zout binnen krijgen. Dit kan in de vorm van kleine hoeveelheden voedsel, orale rehydratie vloeistof (ORS), of als je erg ziek bent een infuus in het ziekenhuis. Vooral bij baby’s en ouderen die buikgriep hebben is het belangrijk om dit goed in de gaten te houden.

Als je buikgriep hebt, heb je meestal geen zin in eten. Bouw dit weer rustig op. Het is verstandig om een dag helemaal niet te eten om de darmen rust te gunnen en alleen maar te drinken. Dit heet carentie. Eet daarna kleine hoeveelheden van vooral zachte, niet prikkelende kost. Zelfs bij heftige diarree nemen je darmen maar ongeveer de helft van het eten op. Op een gegeven moment zal je merken dat je eetlust weer genormaliseerd is.

Tips om besmetting te voorkomen

Kinderen, ouderen en mensen met een verzwakte afweer kunnen langer en heviger ziek worden van het norovirus. Daarom is het belangrijk om maatregelen te treffen die besmetting voorkomen. Om te voorkomen dat je buikgriep overbrengt zijn strikte hygiënische maatregelen van groot belang, zoals:

• Het toilet goed schoonmaken.
• Je handen regelmatig wassen, zeker na een toiletbezoek.
• Zo min mogelijk je mond aanraken als je gebraakt hebt, want dan zit het virus ook op je handen.
• Geen eten bereiden voor anderen.
• Vuile was apart wassen (indien een wasautomaat: wassen op zo hoog mogelijke temperatuur).
• Intiem contact vermijden en vooral anderen geen hand geven