Calculi (Nierstenen)

Over nierstenen

Zoals je galstenen kunt krijgen in je galwegen kun je ook nierstenen krijgen in de afvoerwegen van de nier; het nierbekken en de urineleider. Nierstenen (calculi) zijn steenachtige afzettingen. Ze zijn opgebouwd uit een groot aantal kleine kristallen die gevormd zijn in de urine. Kleine steentjes plas je vaak spontaan uit, maar nierstenen kunnen groot genoeg worden om obstructies te vormen.Nierstenen worden gezien als welvaartsziekte. Voor 1900 kwamen ze niet voor. Ook in ontwikkelingslanden zijn nierstenen zeldzaam. Er wordt gedacht dat dit komt doordat we tegenwoordig veel meer dierlijke eiwitten en zout eten.

Wat zijn nierstenen?


In het kort:

• Nierstenen zijn steenachtige afzettingen in de afvoerwegen van de nier, het nierbekken en de urineleider.
• Een grote hoeveelheid kleine kristallen, die zijn gevormd in de urine, kunnen samen een niersteen vormen.
• Doorgaans plas je kleine kristallen uit, maar als nierstenen te groot worden dan kunnen ze een blokkade vormen. Een blokkade van de urinewegen kan leiden tot schade aan de nieren en afvoerwegen van de blaas.
• Hoe nierstenen precies ontstaan is onduidelijk, maar enkele bepalende factoren zijn onder andere: te weinig drinken, overmatig zweten, overgewicht, bepaalde zouten in het lichaam en te veel eiwitten eten.
• Enkele symptomen van nierstenen zijn: extreme bewegingsdrang, misselijkheid, braken en zweten.
• Nierstenen zijn te verhelpen door middel van spierverslappers, een ingreep met een holle naald of een niersteenvergruizer.
• De drink- en voedingsadviezen bij nierstenen zijn afhankelijk van het soort nierstenen waar je last van hebt.

Urine bevat afvalstoffen die uitgescheiden moeten worden, zoals afbraakproducten van voeding, overtollige zouten en soms medicatie. Uit al deze afvalstoffen kan spontaan een neerslag van slecht oplosbare zouten ontstaan. Dit zogenaamde kristallisatieproces wordt geremd door stoffen die van nature in urine voorkomen, zoals citraat, eiwitten en suikers. Nierstenen worden gevormd wanneer de kristallen toch achter kunnen blijven in de nier. Hoe dit precies kan gebeuren is nog onduidelijk, maar mogelijk kan het veroorzaakt worden door:

• Te weinig drinken
• Overmatig zweten
• De aanwezigheid van bepaalde zouten in het lichaam
• Gebruik van bepaalde geneesmiddelen
• Urineweginfecties
• Overgewicht
• Het eten van teveel eiwitten (vooral uit vlees)
• Het eten van veel zout

Nierstenen komen bij mannen ongeveer vier keer zo vaak voor als bij vrouwen. Ook komt de aandoening vaker voor bij jongeren dan bij ouderen. Vooral mannen tussen de 20 en 30 jaar lopen risico.

Nierstenen geven niet altijd klachten. De meeste nierstenen zijn kleiner dan vijf mm en kun je vanzelf uitplassen. Is de niersteen groter, dan kan deze in de urineleider blijven steken. Dit wordt een niersteenaanval of een niersteenkoliek genoemd. Vaak begint een niersteenaanval met een vage pijn in de onderrug (flanken). Door spiersamentrekkingen in de urineleider wordt geprobeerd de steen uit te drijven. Dit proces gaat gepaard met hevige kramp en onrustigheid (koliekpijn). De pijn kan uitstralen naar de zijkant van de buik, lies, bovenbeen en geslachtsorganen. Hiernaast kan door de blokkering van de urineleider de urine niet goed worden afgevoerd. De nieren raken dan vol. Dit noemt men stuwing en kan veel pijn geven. Tijdens een niersteenaanval kun je daarnaast last hebben van de volgende klachten:

• Extreme bewegingsdrang
• Misselijkheid
• Braken
• Zweten

Wanneer stenen je urinewegen blijven blokkeren, kan dit aanleiding geven tot blaas- of nierbekkenontsteking. Daarnaast kan de blokkade je nieren en afvoerweg naar je blaas ernstig beschadigen.

In de meeste gevallen is een behandeling niet nodig. De meeste nierstenen worden binnen een paar uur tot een paar dagen vanzelf uitgeplast. In sommige gevallen kan het een paar weken duren. Vaak merk je dit niet eens. In overleg met je huisarts kan het wenselijk zijn om de niersteen op te vangen, zodat deze kan worden onderzocht. Dit kun je doen door de urine op te vangen en vervolgens te zeven of gelijk door een zeefje te plassen.

Wanneer de pijn ondanks pijnstilling ondraaglijk is of de nierstenen niet uitgeplast worden, kan een behandeling noodzakelijk zijn. Wanneer andere factoren spelen, zoals koorts, een zwangerschap en een nieraandoening, is een doorverwijzing naar een uroloog soms noodzakelijk.

Behandelmethoden

Spierverslappers

In de meeste gevallen zal geprobeerd worden de nierstenen via de natuurlijke weg het lichaam uit te krijgen. Je krijgt pijnstillers die tevens een spierverslappende werking hebben op de urinewegen. Hiermee wordt getracht de steen uit te plassen.

Vergruizer

Wanneer de steen te groot is, moet deze op een andere manier worden verwijderd. Dit kan met een niersteenvergruizer. De niersteenvergruizer is een apparaat dat ultrasone trillingen naar de plek van de niersteen stuurt. Deze trillingen zorgen ervoor dat de steen uiteenvalt. Na het vergruizen plas je het gruis pijnloos uit. Ruim 80% van de nierstenen kunnen op deze manier worden behandeld.

Naald

Als de steen te groot, te hard of te zacht is om te vergruizen, wordt deze door middel van een holle naald verwijderd. De naald wordt hierbij door de huid in het nierbekken gebracht. Door deze naald wordt een flexibele draad gevoerd waarmee de steen verwijderd kan worden. De steen kan ook met een boortje of een lasterstraal worden verpulverd. Dit gebeurt allemaal onder plaatselijke verdoving.

Voorkomen

Wanneer nierstenen blijven terugkomen, kan een onderzoek naar de stenen, je urine en je bloed gedaan worden. Aan de hand van dit onderzoek krijg je een therapie voorgeschreven die terugkeer moet voorkomen.

Er werd lange tijd gedacht dat nieuwe nierstenen voorkomen kunnen worden door veel te drinken. Dit advies wordt inmiddels niet meer gegeven, aangezien onderzoek niet kon bewijzen dat dit daadwerkelijk effect had. Het advies is nu om normaal te blijven drinken.

Wat je zelf kunt doen bij nierstenen, is afhankelijk van het soort nierstenen waar je last van hebt. Bij alle vormen geldt dat je dranken met suiker, alcohol of cafeïne beter kunt vermijden.

• Calciumoxalaatstenen komen het vaakst voor. Bij deze vorm kun je het best je inname van calcium en dierlijke eiwitten beperken. Daarnaast is het belangrijk om voldoende mineraalwater en citrusdranken te blijven drinken. Ook groene bladgroente, chocolade, ingeblikt eten en kant-en-klaarmaaltijden kun je beter niet eten. Oude en harde kaas moet je volledig vermijden.
• Bij calciumfosfaatstenen en struviet- of infectiestenen kan cranberrysap een ondersteunende werking bieden. Drink dit verdund met water. Dranken met citrusvruchten kunnen beter worden vermeden. Bij deze nierstenen kun je het best geen oude of harde kaas, peulvruchten, cacao of noten eten.
• Urinezuurstenen komen het vaakst voor bij mensen boven de zestig jaar. Jongere mensen met overgewicht kunnen hier ook last van krijgen. Hier wordt aangeraden om veel mineraalwater en citrusdranken te drinken en om weinig vlees en vis te eten.
• Cystinestenen komen het minst voor en worden veroorzaakt door een erfelijke aandoening. Om de stenen zoveel mogelijk te voorkomen wordt een vegetarisch dieet aanbevolen en moet je ongeveer vier liter water per dag drinken.

Overleg altijd met je arts of diëtist voordat je besluit om grote veranderingen in je dieet door te voeren.