Diabetes insipidus (DI)

Wat is diabetes insipidus?

Bij diabetes insipidus verliest het lichaam te veel vocht. Dit komt doordat er iets misgaat in de productie, afgifte of opname van het antidiuretisch hormoon (ADH) dat in de hypofyse (een onderdeel van de hersenen) gemaakt wordt. Het antidiuretisch hormoon werkt in op de nieren en zorgt ervoor dat er niet te veel urine geproduceerd wordt. Diuretisch betekent urinebevorderend, het antidiuretisch hormoon remt de urineproductie dus af. Door een tekort aan het antidiuretisch hormoon stijgt de urineproductie. Je moet hierdoor vaak plassen en hebt veel dorst. Dit kan tot uitdroging leiden. Diabetes insipidus is relatief zeldzaam en komt bij ongeveer 1 op de 25.000 mensen voor.

Vorm van diabetes?

Diabetes insipidus heeft in tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden als ziekte niets met diabetes mellitus (suikerziekte) te maken. Desalniettemin lijken sommige symptomen op elkaar (veel plassen en dorst).

Diabetes insipidus kan bij iedereen op elke leeftijd optreden. We onderscheiden verschillende vormen van diabetes insipidus met verschillende oorzaken. Hieronder lichten we de verschillende vormen en oorzaken toe. In sommige gevallen blijft de precieze oorzaak echter onbekend.

Neurogene of centrale diabetes insipidus

Neurogeen betekent dat de oorzaak in het zenuwstelsel ligt. Bij deze vorm werkt de hypofyse niet goed, waardoor er te weinig antidiuretisch hormoon wordt aangemaakt. De achterliggende oorzaak is vaak een beschadiging van de hypofyse ten gevolge van ernstig hoofdletsel. Ook een operatie of een tumor in de buurt van de hypofyse kan voor een tekort aan het antidiuretisch hormoon zorgen. De neurogene vorm kan ook aangeboren zijn en ontstaan als gevolg van een verandering in het DNA (mutatie).

Nefrogene diabetes insipidus

Nefrogeen betekent dat de oorzaak bij de nieren ligt. Bij deze vorm reageren de nieren niet goed genoeg op het antidiuretisch hormoon. Ze produceren dan te veel urine. Nefrogene diabetes insipidus kan erfelijk zijn. Andere oorzaken zijn bijvoorbeeld een nieraandoening, nierfalen of medicijngebruik (bijvoorbeeld lithium).
Gestagene diabetes insipidus
Gestagenen zijn bepaalde vrouwelijke geslachtshormonen die een belangrijke rol spelen tijdens de zwangerschap. Deze vorm ontstaat dan ook alleen tijdens een zwangerschap. Na de zwangerschap is er meestal spontane genezing. Overigens moet deze aandoening niet verward worden met zwangerschapsdiabetes.

Dipsogene diabetes insipidus

“Dipsao” komt uit het Grieks en betekent dorsten. Bij deze vorm is er een verstoring in het dorstmechanisme. De hersenen geven normaal gesproken een signaal als het lichaam extra vocht nodig heeft. Bij een verstoring krijgt iemand extreem veel dorst; de nieren maken dan meer urine aan. Onderliggende oorzaken zijn bijvoorbeeld een tumor, hersenoperatie, hoofdwond of infecties
chter onbekend.

Bij een tekort van antidiuretisch hormoon wordt de urineproductie tot wel 15 liter per dag verhoogd. De bekendste symptomen van diabetes insipidus zijn dan ook een constante, onlesbare dorst en veel plassen. Om uitdroging te voorkomen moeten mensen met diabetes insipidus enorm veel drinken. Bij uitdroging treden bijvoorbeeld de volgende symptomen op:

• Hoofdpijn
• Duizeligheid
• Verhoogde hartslag
• Lage bloeddruk
• Sufheid of verminderd bewustzijn
• Obstipatie (verstopping)

Om een diagnose te kunnen stellen wordt de urine onderzocht en vindt er een bloedonderzoek plaats. Hiermee worden de hoeveelheid water en zouten in de urine gemeten en kunnen eventuele andere oorzaken van de klachten worden uitgesloten. Vaak wordt er ook een dorstproef gedaan in het ziekenhuis. Dit is het meest eenvoudige en betrouwbaarste onderzoek om diabetes insipidus vast te stellen. Tijdens een dorstproef drink je een aantal uren helemaal niets. Vervolgens wordt de urine een aantal keren opgevangen. Normaal gesproken neemt de urineproductie af omdat je niets drinkt en wordt de urine geconcentreerder. Lees meer over de dorstproef op Ziekenhuis.nl.

Diabetes insipidus is met medicatie goed te behandelen. Afhankelijk van de oorzaak en aard van de klachten bepaalt de arts welke behandeling het meest geschikt is. Meestal moet je de medicijnen je hele leven blijven gebruiken. Stoppen met medicatie betekent in de meeste gevallen terugkeer van de klachten.

Meestal krijg je medicijnen voorgeschreven die het tekort aan het antidiuretisch hormoon aanvullen (desmopressine). Hierdoor nemen ook de klachten af; je hebt minder dorst en hoeft minder vaak te plassen. Een andere optie is hydrochloorthiazide, een plastablet waardoor de nieren meer vocht vasthouden. Ook carbamazepine wordt voorgeschreven. Dit medicijn beïnvloedt de hormonen in de hersenen die een rol spelen bij de waterhuishouding in het lichaam.

Desmopressine bij diabetes insipidus

Meestal wordt het medicijn desmopressine ingezet bij diabetes insipidus. Dit medicijn lijkt op het lichaamseigen antidiuretisch hormoon. De meeste mensen gebruiken desmopressine in tabletvorm of in de vorm van een neusspray. De neusspray heeft een langere werking dan de tabletten. De dosering verschilt per persoon. Het is belangrijk om de doses zo goed mogelijk over de dag te verspreiden, zodat het medicijn continu effect heeft. Bij twee doses per dag kun je dus bijvoorbeeld ’s ochtends en ’s avonds desmopressine gebruiken.