Genderdysforie (genderidentiteitsstoornis)

Wat is genderdysforie

Een persoon met genderdysforie voelt zich niet prettig met zijn of haar biologische geslacht. Oftewel hun innerlijke gevoel zegt dat zij van een ander geslacht zijn dan hun biologische geslacht. Andere termen die gerelateerd zijn aan genderdysforie zijn:

  • Genderidentiteitsstoornis
  • Transseksualiteit
  • Transgender

Genderdysforie komt in verschillende vormen en maten voor. De meeste mensen met genderdysforie voelen dit al van kinds af aan maar er zijn ook mensen die pas op volwassen leeftijd zich realiseren dat zij geboren zijn in een verkeerd lichaam.

Genderidentiteitsstoornis (genderdysforie)

De genderidentiteit is hoe een persoon zichzelf ziet, als man of vrouw. Vanuit de maatschappij en de cultuur zijn ongeschreven gedragsregels hoe een man en een vrouw zich gedragen. Zo spelen meisjes met poppen, gaan vrouwen theedrinken met vriendinnen, klimmen jongetjes graag in bomen en kijken mannen het liefst naar sport. Tuurlijk zijn er vrouwen die ook van bier en voetbal houden en mannen die winkelen helemaal geen straf vinden. Dit hoeft niet meteen te betekenen dat deze mensen een genderidentiteitsstoornis hebben. Er is sprake van een genderidentiteitsstoornis (genderdysforie) als iemand tegenstrijdigheid voelt met het biologische geslacht wat hij of zij heeft. Dus zolang de man die erg van winkelen houdt, zich content voelt met het feit dat hij een man is, is er geen sprake van een genderidentiteitsstoornis.

Transseksueel

Transseksualiteit kan je zien als een zeer ernstige vorm van genderdysforie. De persoon voelt zich niet alleen van het andere geslacht maar walgt ook van zijn biologische geslachtsdelen. Ongeveer één op de dertigduizend mannen en ongeveer één op de honderdduizend vrouwen is transseksueel.

De oorzaak van genderdysforie is door de wetenschap nog niet achterhaald. Er zijn diverse theorieën, maar geen enkele is ooit bewezen. Sommigen denken dat er iets in de hersenen bepaalt of jij je een man of een vrouw voelt. Anderen denken dat dit in het DNA zit. De precieze oorzaak van genderdysforie wordt nog onderzocht.

Je kunt de verschijnselen van genderdysforie eigenlijk niet echt symptomen noemen. Echter is het wel erg belangrijk dat je als ouder genderdysforie herkent. Kinderen kunnen zich namelijk erg ongelukkig voelen door een genderidentiteitsstoornis. Daarnaast kunnen ze erg opzien tegen de puberteit omdat dan de verschillen tussen jongens en meisjes groter worden.

Genderdysforie komt in vele vormen en maten voor. Sommige kinderen met genderdysforie willen zich graag kleden als iemand van het andere geslacht en dat je ze behandelt als iemand van het andere geslacht. Sommige kinderen voelen zich zelfs niet meer comfortabel met hun naam die past bij hun biologische geslacht.

 Je herkent meisjes met genderdysforie aan dat:

  • Ze jongensachtig gedrag vertonen
  • Ze jongensachtige interesses hebben
  • Ze veel met jongens spelen
  • Ze eruit willen zien als een jongen
  • Ze soms hardop zeggen dat ze liever een jongen waren geweest

Jongens met genderdysforie herken je aan dat:

  • Ze meisjesachtige interesses hebben
  • Ze een hekel hebben aan ruwe jongensachtige spelletjes
  • Ze eruit willen zien als een meisje
  • Ze soms hardop zeggen dat hij liever een meisje was geweest
  • Ze soms zeggen dat hij geen piemel wil hebben
  • Ze meer optrekken met meisjes dan met jongens

In veel gevallen verdwijnt genderdysforie tijdens de puberteit. Slechts een klein deel van de kinderen blijft zich op latere leeftijd oncomfortabel voelen met het biologische geslacht. Deze kinderen ondergaan uiteindelijk vaak een geslachtsverandering.

Tijdens de puberteit wordt ook vanzelf de geaardheid van het kind duidelijk. Uit onderzoek blijkt dat de meeste kinderen die vroeger genderdysforie hadden, een homoseksuele geaardheid hebben. Echter hoeft dit niet per definitie zo te zijn.

Behandeling voor genderdysforie is wellicht niet helemaal de juiste bewoording, maar er zijn tegenwoordig veel manieren die mensen met genderdysforie kunnen helpen. Hoe ver de behandeling gaat, hangt af van wat de persoon zelf wil.

Psychologische hulp voor transseksuelen

Psychologische hulp kan transseksuelen helpen om beter met de tegenstrijdigheid van hun gevoel en hun geslacht om te gaan. Daarnaast helpt het om beter met moeilijkheden om te leren gaan, doordat ze zich niet op hun gemak voelen in hun eigen lichaam. Psychologische hulp is vaak noodzakelijk om de persoon bij te staan als hij voor een gedragsverandering kiest.

Veranderen van de genderrol

Sommige transseksuelen voelen zich tevreden op het moment dat zij zich kleden en gedragen naar het geslacht zoals zij zich voelen. Het is mogelijk om je geslacht aan te passen bij de overheid zodat je bijvoorbeeld officieel als vrouw bekend staat terwijl je biologisch gezien eigenlijk nog een man bent.

Hormoonbehandelingen bij genderdysforie

Vanaf groep zeven of acht wordt meestal wel duidelijk of de genderdysforie blijft of niet. Bij ongeveer tachtig procent verdwijnt de genderdysforie rond de puberteit. Als het kind zich nog steeds niet goed voelt met zijn/haar biologische geslacht, kunnen ouders samen met de artsen besluiten om te starten met puberteitsremmers.

De puberteitsremmers remmen de ontwikkeling van de secundaire geslachtskenmerken die zich ontwikkelen tijdens de puberteit. Zo ontwikkelen meisjes geen borsten zolang ze hormoonremmers slikken en jongens krijgen geen baard in de keel. Indien er geen gezondheidsproblemen zijn, kan vanaf het twaalfde levensjaar gestart worden met puberteitsremmers. Het effect van puberteitsremmers is volledig omkeerbaar. Dit betekent dat wanneer het kind niet meer verder wil gaan met de geslachtsverandering, het gewoon kan stoppen en zo alsnog de secundaire geslachtskenmerken kan ontwikkelen.

Geslachtsverandering voor transseksuelen

Sommige mensen met genderdysforie voelen zoveel weerzin tegen hun biologische geslachtskenmerken dat ze een operatieve geslachtsverandering willen ondergaan. Het traject begint met het toedienen van de hormonen van het gewenste geslacht. Oftewel vrouwen krijgen het mannelijke hormoon testosteron en mannen krijgen het vrouwelijke hormoon oestrogeen.

Het is mogelijk om geslachtsveranderende operaties te ondergaan. Dit betekent dat bij een biologische man de penis en de testikels worden verwijderd en er een kunstmatige vagina wordt gemaakt. Bij biologische vrouwen worden de borsten, eierstokken en baarmoeder verwijderd. Ook wordt er een kunstmatige penis gevormd. Deze ingrijpende operaties worden pas gedaan als de persoon al minstens een jaar als het andere geslacht door het leven is gegaan. Deze operaties worden niet in Suriname uitgevoerd.

Transgenders zijn na een operatie niet meer in staat kinderen te krijgen, maar verder werkt een kunstmatig geslachtsdeel hetzelfde als een natuurlijk geslachtsdeel.