Melanoom (Maligne melanoom)

Wat is een melanoom?

De meest agressieve vorm van huidkanker is een melanoom. Een melanoom ontstaat uit pigmentcellen (melanocyten) en is meestal zwart van kleur.

Pigmentcellen bevinden zich overal in de huid en zijn verantwoordelijk voor een bepaalde huidskleur. Produceer je veel pigmentcellen en liggen er veel pigmentcellen bij elkaar, dan heb je een donkerdere huid dan wanneer dit nauwelijks gebeurt. Liggen pigmentcellen in groepjes bij elkaar dan vormen ze een moedervlek.

Pigmentcellen kunnen veranderen in kankercellen en ongeremd gaan groeien. Er ontstaat dan een kwaadaardige tumor, het melanoom. Melanoomkankercellen zijn beweeglijk en verspreiden zich gemakkelijk. Melanoomkankercellen kunnen uitzaaiingen in lymfeklieren of andere organen veroorzaken.

Een melanoom kan op alle leeftijden ontstaan, maar ontstaat meestal tussen het 45ste en 75ste levensjaar. Een melanoom kan uitzaaien en daarom is een vroege behandeling belangrijk.

Stadia melanoom

Een melanoom is onder te verdelen in stadia. De onderverdeling hangt af van de omvang en dikte van het gezwel, het aantal betrokken lymfeklieren en of er uitzaaiingen aanwezig zijn. Er zijn vijf stadia:

  • Stadium 0
  • Stadium I
  • Stadium II
  • Stadium III
  • Stadium IV

Een melanoom kan in principe overal op je huid ontstaan, maar ontstaat vaak uit een bestaande moedervlek. Vaak is deze moedervlek dan groot en onrustig. Hij heeft een grillige vorm en kleur. Het merendeel van de moedervlekken geeft geen enkel risico op een melanoom.

Je hebt een grotere kans op een melanoom als je:

  • Een licht huidtype hebt (met sproeten en rossig haar). Vooral als je snel verbrandt, loop je meer risico. Als dit op jonge leeftijd gebeurt, kan je huid permanent beschadigd raken.
  • Veel gewone moedervlekken of onrustige moedervlekken hebt.
  • Erfelijke aanleg hebt. Bijvoorbeeld als familieleden (vader, moeder, maar ook neef of nicht) melanomen hebben gehad.
  • Aangeboren moedervlekken hebt. Deze kunnen kwaadaardig worden, maar dat is wel zeldzaam. Vooral bij grote aangeboren moedervlekken moet je opletten. Heb je moedervlekken kleiner dan je handpalm, dan is het risico erg klein.

Het opvallendste symptoom van een melanoom is de onregelmatige pigmentatie. Vaak zijn melanomen zwart of (donker)bruin van kleur. Soms is een melanoom licht, rozerood van kleur, omdat het de kwaadaardige pigmentcellen niet meer lukt om pigment aan te maken. Zo’n licht rozerood gezwelletje ziet er onschuldig uit, waardoor de diagnose vaak laat gesteld wordt.

Verder zijn melanomen vaak grillig van vorm. Ze zijn niet mooi rond, maar hebben vaak een uitstulpsel. Bovendien kan een melanoom jeuken, pijnlijk zijn en er kunnen bloedinkjes of wondjes in ontstaan.

Symptomen die wat later bij melanoom kunnen optreden zijn:

  • Makkelijk bloeden
  • Pijn
  • Een zweertje of korstje op een moedervlek

Met het blote oog kan je huisarts of dermatoloog vaak zien of het om een goedaardige, onrustige of kwaadaardige (moeder)vlek gaat. Een hulpmiddel dat daarbij kan helpen is een dermatoscoop: dit is een soort loep waarmee je huid enkele tientallen malen vergroot wordt. De arts kan de huidstructuur dan nauwkeuriger bekijken.

Bij twijfelgevallen of een duidelijke verdenking op melanoom doet je arts ook weefselonderzoek om zekerheid te krijgen. Hiervoor snijdt hij onder plaatselijke verdoving de gehele moedervlek weg. In het laboratorium wordt deze dan onder de microscoop onderzocht op afwijkingen. Hierbij wordt onder meer op de dikte van het melanoom gelet.

Behandeling van een melanoom bestaat bijna altijd uit het operatief verwijderen van de kwaadaardige moedervlek. Er volgt na enige tijd een tweede operatie waarbij de arts enkele centimeters omliggende huid van het overgebleven litteken wegsnijdt. Hoeveel centimeter precies, is afhankelijk van de dikte van het melanoom. Het weggesneden weefsel wordt ook weer opgestuurd. Als blijkt dat hierin nog kankercellen zitten, dan is een derde operatie nodig.

Bij de tweede operatie kan een grote wond ontstaan. De arts probeert deze wond te hechten. Soms lukt dit niet. Als het melanoom voorkomt op handen of gezicht is hechten lastiger omdat daar weinig huid over is. In dat geval kan een huidtransplantatie nodig zijn om de wond te sluiten. De dermatoloog zal daarvoor een stukje huid elders op je lichaam weghalen.

Bij een melanoom bestaat een kans op uitzaaiingen. Daarom is een vroege diagnose én behandeling belangrijk. Een eventuele uitzaaiing verspreidt zich via de lymfebanen in je huid. Deze monden uit in de lymfeklieren. De lymfeklier waar de eventuele uitzaaiing het eerst terechtkomt, heet de schildwachtklier. Via deze klier kunnen de uitzaaiingen overgaan naar nabijgelegen lymfeklieren (bijvoorbeeld in de hals, liezen en oksel) en organen.

Worden er uitzaaiingen in de lymfeklier vastgesteld dan worden alle lymfeklieren in de buurt van een melanoom verwijderd. Ook kun je bestraling, chemotherapie en/of immunotherapie of doelgerichte therapie krijgen. Dit is mede afhankelijk van waar de uitzaaiingen zich bevinden, in welk stadium de kanker zich bevindt en of er nog andere organen zijn aangedaan.

Hoewel de overlevingskansen bij een melanoom in de loop der tijd iets verbeterd zijn, hangt dit sterk af van het stadium waarin het melanoom ontdekt wordt. Mensen met een melanoom in het beginstadium (stadium I) zijn na drie jaar allemaal nog in leven. Bij mensen een melanoom in een meer vergevorderd stadium (stadium IV) is ruim dertig procent na één jaar en minder dan twintig procent na drie jaar nog in leven.

Het belangrijkste advies om de ontwikkeling van een melanoom te voorkomen is het vermijden van overmatige blootstelling aan zonlicht. Ook is het belangrijk om veranderingen in bestaande moedervlekken goed in de gaten te houden. Dit kan er namelijk op wijzen dat deze kwaadaardig worden. Let vooral op:

  • Kleurverandering in de moedervlek. Worden bepaalde delen donkerder of juist lichter?
  • De vorm van de moedervlek. Wordt deze groter of dikker of verandert de vorm?
  • Jeuk