Nociceptieve pijn (Weefselpijn)

Wat is nociceptieve pijn?

Nociceptieve pijn wordt ook wel weefselpijn genoemd. Nociceptieve pijn ontstaat door schade aan weefsel. Hierdoor komen er stoffen vrij, die kleine nociceptoren (pijnzenuwvezels) prikkelen. Deze pijnzenuwvezels geven via de zenuwen, waarin zij verlopen, een sein door naar de hersenen, waardoor er een negatief ervaren pijngevoel (nociceptief) ontstaat.

Nociceptieve pijn is tijdelijk en dient vaak als een waarschuwing om nog meer schade te voorkomen. Het kenmerkt zich vaak als acute pijn, maar dit kan ook overgaan in chronische pijn. Wanneer nociceptieve pijn niet overgaat in een ander soort pijn, verdwijnt de pijn als de verwonding of ontsteking genezen is.

Nociceptieve pijn kan ook gepaard gaan met een ander soort pijn, zoals zenuwpijn. Een voorbeeld van pijn waarbij weefselpijn en zenuwpijn samengaan, is lage rugpijn die uitstraalt naar de benen. Vaak moeten beide soorten pijn apart behandeld worden.

Nociceptieve pijn kan verschillende oorzaken hebben. Het ontstaat vaak na een:

  • Ontsteking
  • Botbreuk
  • Artrose (slijtage van de gewrichten)
  • Verwonding (ook brandwonden)
  • Verstuiking
  • Kneuzing
  • Kaak- of tandbehandeling (zoals het laten trekken van een tand of kies)
  • Operatie

Weefselschade gaat vaak gepaard met zwellingen, ontstekingen of koorts. Nociceptieve pijn kenmerkt zich als:

  • Dof of scherp
  • Kloppend
  • Stekend

Nociceptieve pijn kun je verminderen of laten verdwijnen door het innemen van pijnstillers als paracetemol of ibuprofen. Tijdens of na een operatie kun je opioïde pijnstillers toegediend krijgen. Dit zijn pijnstillers die matig tot zeer sterk werken tegen pijn.

Nociceptieve pijn is weefselpijn. Het is belangrijk dat de verschillende soorten pijn, namelijk zenuwpijn, weefselpijn en gemengde pijn, alle op hun eigen manier behandeld worden.

Nociceptieve pijn gaat meestal vanzelf weg, maar wanneer je erg last van de pijn hebt, is het fijn om de pijn te kunnen verminderen. Dit kun je doen door gebruik te maken van de volgende tips:

Denk niet aan de pijn, maar aan iets anders (bijvoorbeeld aan een leuke vakantie of die ene keer dat je niet meer kon bijkomen van het lachen). Door mentale afleiding kun je je pijnprikkels onder controle krijgen.

Probeer te ontspannen. Luister gedurende de pijn bijvoorbeeld naar muziek of kijk naar de televisie.

Blijft de pijn aanhouden? Maak dan een afspraak bij je huisarts. Je huisarts kan aan de hand van je specifieke klachten kijken wat er aan de hand is.