ZIN IN ROKEN? LIEVER NIET!

Bijgewerkt: 28-05-2020 , Corportate Communications

Door tabakgebruik loopt u risico’s op korte en lange termijn. Hoe hoger de verbruiksfrequentie, hoe groter de risico’s. Een korte termijn risico is de achteruitgang van de lichaamsconditie en een lange termijn risico is de kans op het krijgen van kankersoorten. Naar schatting bevatten tabaksproducten en tabaksrook 70 kankerverwerkende stoffen.

Nicotine

Nicotine, de werkzame stof in tabak, is een stimulerend middel met lichamelijke en psychische effecten. De lichamelijke effecten duren enkele uren, terwijl de psychische effecten enkele minuten aanhouden. Voor beide geldt dat het effect samenhangt met de tabaksoort, de frequentie van roken, de hoeveelheid en ‘gewenning’.

Lichamelijke effecten

  • Verhoging van de hartslag en bloeddrukstijging.

Deze wordt veroorzaakt door het samentrekken van de kleinere bloedvaten. Dit merkt u onder andere aan koude handen en voeten.

  • Vermindering van de eetlust.
  • Bij lang(er) niet roken ervaart u ontwenningsverschijnselen zoals spanning, rusteloosheid, prikkelbaar, slapeloosheid en soms buik- en hoofdpijn.
  • Bij hoge doseringen leidt nicotine tot misselijkheid en braken.

Een overdosis aan nicotine zal dodelijk aflopen vanwege verlamming van de ademhalingsspieren. De fatale dosis is 30-60mg, maar onderzoek suggereert dat deze voor volwassenen hoger ligt. Voor rokers geldt een hogere fatale dosis, omdat deze geleidelijk aan ongevoeliger worden voor de effecten van nicotine.

Psychische effecten

  • Opwekkend en licht stimulerend.
  • Betere concentratie, leervermogen en geheugen.
  • Ontspannen en rustig gevoel.
  • Betere waakzaamheid.
  • Vermindering van eventuele angst en spanning.
  • Gevoel van algemene voldoening en welbevinden, doordat het beloningssysteem in de hersenen wordt gestimuleerd.

Bij hogere doseringen geldt het tegendeel:

  • minder concentratie en minder opgewekt,
  • minder ontspannen en onrustiger.

Ook de ontwenningsverschijnselen, als de nicotine is uitgewerkt, geven het tegenovergesteld effect.

Meer risico’s

Rokers hebben een groter kans op complicaties bij een operatie, omdat een wond minder snel geneest. Daarom wordt vaak aangeraden om zich enkele weken voor en na een operatie te onthouden van roken. Tenslotte is de kans op het ontwikkelen van een verslaving groot.

De tanden, kiezen en vullingen verkleuren en de mond is moeilijker schoon te houden. De rookaanslag lijkt op aanslag die ontstaat door thee en koffie, maar gaat moeilijk weg. De tandarts of mondhygiënist kan de aanslag weghalen door de tanden en kiezen te polijsten.

Gezond tandvlees heeft een roze kleur, ligt stevig om de tanden en kiezen en bloedt niet. Bloedt het tandvlees, dan is het ontstoken. Bij rokers is ontstoken tandvlees minder gemakkelijk te zien. Omdat nicotine zorgt voor vernauwde bloedvaten, bloedt het tandvlees minder snel.

Het plaatsen van een implantaat heeft een grotere kans op succes bij niet-rokers. Tandartsen raden aan om tenminste één week vóór en zeven weken ná het plaatsen van implantaten niet te roken, omdat de implantaat sneller los kan raken.

En niet te vergeten:

  • Roken kan ziekten in de mond veroorzaken of verergeren zoals tandvleesontstekingen of mondkanker.
  • Bij een roker genezen wondjes in de mond minder snel.
  • Rokers ruiken en proeven minder goed in vergelijking tot niet-rokers.
  • Roken geeft een slechte adem.
  • De wond die ontstaat na het trekken van een tand of kies doet vaak meer pijn.