Bakerse cyste

Wat is een Bakerse cyste?

In het kort:

• Een Bakerse cyste is een zwelling in de knieholte, meestal als gevolg van een andere aandoening.
• Oorzaken zijn onder andere overbelasting van de knie of een gescheurde knieband.
• Symptomen zijn bijvoorbeeld een kloppend gevoel in de knieholte en gevoeligheid bij beweging.
• De diagnose van een Bakerse cyste kan worden gesteld aan de hand van een gesprek met de arts, een MRI-scan of een echo.
• Door de aandoening die de Bakerse cyste veroorzaakt te behandelen, verdwijnt de Bakerse cyste over het algemeen vanzelf.
• Wanneer er een operatie nodig is, kan er een revalidatieperiode van rond de zes weken nodig zijn.

Over Bakerse cyste

Een Bakerse cyste is een ingekapselde zwelling in de knieholte. Meestal is een andere aandoening de oorzaak, zoals reuma, artrose of een ontsteking van het gewricht. Het kan ook optreden als gevolg van schade aan kraakbeen, zoals de meniscus. Een Bakerse cyste is over het algemeen pijnloos en ongevaarlijk. Toch geeft de cyste een vervelend gevoel wanneer deze groter wordt en bestaat er het risico dat de cyste scheurt. Het is dus belangrijk dat de achterliggende oorzaak wordt gevonden.

Het kniegewricht maakt vloeistof aan. Dit zit in de gewrichtsholte en zorgt ervoor dat de knie soepel kan bewegen. Een Bakerse cyste ontstaat wanneer het kniegewricht te veel vloeistof aanmaakt. De extra vloeistof lekt door het gewrichtskapsel en vormt zo een cyste.

Dat het kniegewricht te veel vloeistof aanmaakt, komt vaak door artrose of reuma. Een andere reden waardoor het gewricht te veel vloeistof aanmaakt is wanneer het geprikkeld wordt. Bijvoorbeeld door:

• Overbelasting van de knie
• Een gescheurde knieband
• Een meniscusbeschadiging

Het belangrijkste symptoom van een Bakerse cyste is het voelen van een zwelling in de knieholte. De zwelling varieert vaak van grootte. Andere mogelijke symptomen zijn:

• Een kloppend gevoel in de knieholte
• Gevoeligheid bij beweging
• Pijn door een achterliggende oorzaak (artrose of reuma)

Een arts stelt de diagnose door je specifieke vragen te stellen over de symptomen, zoals hoe lang je er al last van hebt en of het erger wordt. Daarnaast zal er een lichamelijk onderzoek plaatsvinden. De arts zal hierbij constateren of er een zwelling zit in je knieholte. Soms wordt er ook gebruik gemaakt van een MRI-scan of een echo.

Een Bakerse cyste heeft meestal een onderliggende oorzaak, zoals artrose, reuma of overbelasting. Als dat probleem behandeld wordt, maakt het kniegewricht minder vloeistof aan en zal de zwelling vaak vanzelf verdwijnen.

Soms verdwijnt de zwelling niet vanzelf of oefent deze druk uit op nabijgelegen zenuwen en bloedvaten. Er zijn dan twee behandelmogelijkheden. De arts kiest een behandeling die het best bij jouw situatie past afhankelijk van hoe beperkend en pijnlijk de cyste is en of deze wel of niet gescheurd is. De twee mogelijkheden zijn:

• Behandeling zonder operatie: Bij deze behandeling zuigt de arts de overtollige vloeistof in de knieholte weg met een naald. Dit heet drainage. Indien nodig wordt de holte vervolgens ingespoten met een ontstekingsremmend middel.
• Behandeling met operatie: De cyste wordt in zijn geheel verwijderd. De chirurg maakt eerst een snee aan de achterkant van de knie en maakt vervolgens de cyste los van het omliggende weefsel. Dit gebeurt onder algehele narcose of met een ruggenprik, waardoor je niets voelt van de operatie.

Na de operatie kun je het best rust nemen en op krukken lopen om de knie zoveel mogelijk te ontlasten. Na tien tot veertien dagen worden de hechtingen verwijderd. Gedurende zes weken is het belangrijk om geen zware oefeningen voor de knie te doen. Een fysiotherapeut helpt je bij het herstel van je knie aan de hand van een revalidatieplan.