Botkanker

Wat is botkanker?

Botkanker is een kwaadaardige tumor in het bot. Er bestaan ook goedaardige bottumoren, die noemen we goedaardige botgezwellen. Ook spreken we niet van botkanker, wanneer er uitzaaiingen in de botten zijn van een andere soort kanker. Botkanker ontstaat direct vanuit beenweefselcellen (bot of kraakbeen) of vanuit de in het bot gelegen bloedvaten- of bindweefselcellen. Soorten botkanker. Er zijn verschillende soorten botkanker:

• Chondrosarcoom; is een zeldzame, kwaadaardige tumor die ontstaat vanuit kraakbeencellen.
• Chordoom; is een zeer zeldzame, kwaadaardige tumor die zich in of dicht bij de ruggenwervel bevindt.
• Ewingsarcoom; is een gezwel in of bij het bot of in het ondersteunend botweefsel.
• Reuscelbottumor; dit is een goedaardige bottumor maar gedraagt zich agressief.
• Osteosarcoom; hier gaat het om tumorcellen die nieuw bot aanmaken. Een osteosarcoom bevindt zich voornamelijk in bovenarmen en bovenbenen.
• Ongedifferentieerd pleiomorf sarcoom; dit is kwaadaardige tumor de zicht bevindt in het bindweefsel of in het bot.

Botkanker ontstaat als botcellen zich ongecontroleerd gaan delen. Door overmatig groeien van deze cellen ontstaat er een tumor in het bot. Deze tumor drukt tegen het omliggende weefsel aan en/of groeit erin. Naarmate botkanker zich verder ontwikkelt, ontstaat er een kans op uitzaaiingen. Kwaadaardige cellen verspreiden zich dan via het bloedvatenstelsel of het lymfeklierstelsel en nestelen zich elders in het lichaam. Waardoor botkanker ontstaat, is vaak onduidelijk. Er zijn aanwijzingen voor een genetische aanleg die de kans op botkanker groter maakt.

Het meest kenmerkende symptoom van botkanker is pijn, doorgaans op de plek waar de tumor zich ontwikkelt. Deze pijn is soms vaag en kan vooral ’s nachts heviger worden. Soms ontstaat er een zwelling op deze plek. Botkanker belemmert in sommige gevallen ook de bewegingsvrijheid van het gewricht.

De diagnose van botkanker begint bij lichamelijk onderzoek van de huisarts. Bij het vermoeden van botkanker stuurt hij je door naar een specialist.
De specialist start doorgaans met het maken van een röntgenfoto. Uit de foto blijkt of aanvullend onderzoek nodig is.

Bestaat het vermoeden dat het om een kwaadaardige tumor gaat, dan vindt er vaak een aanvullend MRI-onderzoek plaats. Tijdens een MRI-onderzoek wordt vastgesteld waar de bottumor zich bevindt. Soms besluit de arts om ook nog een CT-scan van het bot te laten maken. Met een CT-scan beoordeel je de kwaliteit van het bot.

Na het vaststellen van de exacte locatie van de tumor is vaak nog een punctie van het kankergezwel nodig. Met een holle naald worden dan cellen uit de tumor gehaald om te onderzoeken of deze kwaad- of goedaardig zijn. Blijkt de tumor kwaadaardig dan is verdere screening van het lichaam nodig om eventuele uitzaaiingen te lokaliseren, denk aan een CT-scan van de longen.

De behandeling van botkanker vereist specialistische kennis en vraagt om de betrokkenheid van verschillende zorgverleners die intensief met elkaar samenwerken. De behandeling van botkanker gebeurt meestal in een hiervoor gespecialiseerd ziekenhuis, daar bepaalt een specialist welke behandeling het meest passend is. Denk aan radiotherapie (bestraling), chemotherapie of een operatie. De effectiviteit van radiotherapie hangt af van welke vorm van botkanker je hebt.

Botkanker operatief verwijderen

Is bestraling niet effectief genoeg dan is het nodig om een bottumor operatief te verwijderen. In dat geval verwijdert een arts ook een gedeelte van het omliggende gezonde weefsel. De locatie van de tumor bepaalt of dit een groot of klein stuk van het gezonde bot is. Bij sommige gevallen van botkanker is het mogelijk om het bot met eigen weefsel of een kunstgewricht op te vullen, maar het kan soms ook zo zijn dat een amputatie de enige optie is. Ook na een operatie is vaak (nogmaals) chemotherapie en/of radiotherapie noodzakelijk.