Dolichocolon

Wat is een dolichocolon?

Een dolichocolon betekent dat je een bochtige en te lange dikke darm hebt. De darmen kunnen we onderverdelen in de dunne en dikke darm. In de dunne darm worden alle voedingsstoffen (vitaminen en mineralen) opgenomen uit je voedsel. In de dikke darm (colon) worden water en zouten onttrokken uit de darminhoud, voordat de restanten als ontlasting worden afgevoerd. Normaal gesproken is de dikke darm ongeveer een meter lang.

Bij een dolichocolon is de dikke darm langer en bochtiger dan normaal. Zeker aan het eind van de dikke darm, richting de endeldarm, wordt hij langer en bochtiger en waardoor de dikke darm meer tijd heeft om water en zouten te onttrekken uit je voedsel. Hierdoor wordt de ontlasting steviger en harder, wat vaak obstipatie (verstopping van je dikke darm) tot gevolg heeft.

 

De precieze oorzaak van een dolichocolon is onduidelijk. Vaak is het vanaf de geboorte al aanwezig. Bij anderen wordt gedacht dat het juist als gevolg van langdurige obstipatie is ontstaan.

Een dolichocolon hoeft lang niet altijd symptomen en klachten te geven. Symptomen die zich voor kunnen doen zijn:

• Obstipatie. Verstopping van de darm is bij een dolichocolon vaak langdurig en reageert slecht op behandeling.
• Pijn in de onderbuik.
• Volvulus. Een volvulus is een soort knoop in de darm waardoor er helemaal geen ontlasting doorheen kan. Belangrijke kenmerken van volvulus zijn obstipatie, opgezette buik en ernstige buikpijn. Ook de doorbloeding in de darm wordt verhinderd door zo'n knoop in je darm. Hierdoor kan een deel van de darm afsterven. Direct operatief ingrijpen is nodig in een dergelijk geval.

Een dolichocolon wordt gediagnosticeerd via een röntgenonderzoek. Hierbij krijg je contrastvloeistof toegediend en wordt er lucht in de darm gespoten, zodat deze zich verwijdt. Door de contrastvloeistof kan de dikke darm gemakkelijker in beeld worden gebracht en worden beoordeeld op lengte en bochtigheid.

De behandeling van een dolichocolon richt zich vooral op het voorkomen en behandelen van obstipatie.

• Voldoende vezelrijk eten. Voorbeelden van vezelrijke voedingsmiddelen zijn: volkorenproducten, groenten en fruit. De aanbevolen hoeveelheden vezels per dag voor een volwassene is dertig (vrouw) tot veertig (man) gram.
• Minimaal twee liter water op een dag.
• Voldoende lichaamsbeweging.
• Ga naar het toilet wanneer je de aandrang voelt. Door het uitstellen krijgt de darm meer tijd om water te onttrekken uit de ontlasting waardoor de obstipatie verergert.

Behandelen van obstipatie kan door middel van:

• Laxeermiddelen die bestaan uit veel vezels. De vezels nemen vocht op in je darmen en daardoor voorkomt het dat de dikke darm te veel water onttrekt uit de ontlasting. Het vocht blijft hierdoor in de ontlasting waardoor deze niet te hard kan worden.
• Laxeermiddelen die vochtopname door de darmwand tegengaan.
• Laxeermiddelen die een combinatie vormen van de bovenstaande twee.
• De contactlaxantia. Deze medicijnen bevorderen de bewegingen van je darm door chemische prikkeling. Wordt alleen gebruikt bij zeer hardnekkige klachten. Omdat deze medicijnen gewenning veroorzaken en de darmwand kunnen beschadigen, wordt langdurig gebruik afgeraden.

Slechts bij hoge uitzondering wordt bij dolichocolon gekozen voor een operatie waarbij ze de dikke darm inkorten. Deze resultaten hiervan zijn wisselend. Een operatie kan namelijk ook de goede werking van de darmen beïnvloeden doordat er mogelijk ook zenuwen en spieren worden beschadigd.