Vasculaire dementie

Wat is vasculaire dementie?

Vasculaire dementie is een vorm van dementie waarbij de hersenen beschadigd raken door verminderde doorbloeding. De eerste symptomen zijn vaak trager denken, spreken en handelen.

Bij dementie functioneren je hersenen steeds minder goed doordat zenuwcellen of verbindingen tussen de cellen in de hersenen kapotgaan. Bij vasculaire dementie ontstaat de dementie door schade aan de bloedvaten in de hersenen. Vasculair wil zeggen dat het met de bloedvaten te maken heeft.

Na de ziekte van Alzheimer is het de meest voorkomende vorm van dementie. Doorgaans treden de eerste verschijnselen op tussen je 65ste en 75ste levensjaar, maar het kan ook eerder beginnen.

 

Vasculaire dementie ontstaat als gevolg van (kleine) herseninfarcten of hersenbloedingen. Hierdoor krijgen bepaalde hersengebieden te weinig zuurstof en voedingsstoffen, en sterven af.

Herseninfarcten en hersenbloedingen ontstaan wanneer de vaatwanden stugger worden door bijvoorbeeld aderverkalking, een embolie of trombose. De meeste mensen met vasculaire dementie hebben al last van hart- en vaatziekten voordat er sprake is van dementie. Enkele voorbeelden van hart- en vaatziekten zijn:

  • Langdurige hoge bloeddruk
  • Hartritmestoornissen
  • TIA’s: Transcient Ischemic Attack. Dit wil zeggen dat er kortdurend een verstopping is van een bloedvat in de hersenen. Hierdoor kun je tijdelijk last hebben van spraakproblemen of verlamming in armen, benen of gezicht.

Vasculaire dementie begint vaak plotseling en verloopt stapsgewijs. Tussendoor kun je periodes hebben waarin je beter functioneert. Dit kan soms van dag tot dag verschillen.

De eerste kenmerken van vasculaire dementie zijn vaak dat je trager gaat denken, spreken en handelen en moeite hebt met concentreren. Vervolgens kunnen ook lichamelijke verschijnselen optreden, zoals spierverstijving, gevoelsverlies, epilepsieaanvallen of verlammingsverschijnselen.

De verschijnselen van vasculaire dementie zijn afhankelijk van de plekken in de hersenen die zijn beschadigd. Als het spraakgebied in de hersenen beschadigd is, treedt vaak afasie op. Hierbij heb je moeite met het vinden van de juiste woorden en kun je niet meer zeggen wat je wilt. Per persoon kan afasie zich anders uiten. Sommige mensen met afasie begrijpen de taal wel goed maar hebben bijvoorbeeld moeite met het bouwen van zinnen. Anderen praten juist veel, maar hebben moeite met het begrijpen van taal. Wat ze zeggen is dan vaak niet of moeilijk te begrijpen voor anderen.

Vaak zijn mensen met vasculaire dementie al onder behandeling van een cardioloog vanwege hun hart- en vaatproblemen. Wanneer hij of zij vermoedt dat je mogelijk ook vasculaire dementie hebt, word je vaak doorverwezen naar de geriater.

Je behandelend arts(en) beginnen met een gesprek (anamnese) en een lichamelijk onderzoek. Een CT-scan en een bloedonderzoek kunnen toegevoegd worden om de ernst van de mogelijke dementie te bepalen.

Het is zinvol om een familielid of bekende mee te nemen naar het gesprek met de arts. Niet alleen voor de steun, maar ook omdat zij kunnen helpen te beschrijven hoe het met je gaat (hetero-anamnese). Deze beschrijving draagt vaak bij aan een goede diagnose.

Vasculaire dementie is (nog) niet te behandelen. De verschijnselen zoals depressie of onrust wel. Ook de onderliggende hart- en vaatziekten worden behandeld om verdere schade en verergering van de dementie te beperken. Na een nieuw herseninfarct kunnen de verschijnselen namelijk verergeren. Daarnaast kunnen een goede conditie, stoppen met roken, matig alcoholgebruik, afvallen en de bloeddruk te verlagen, verdere schade aan de hersen beperken.

Bij cognitieve problemen door vasculaire dementie kan revalidatie helpen. Hier leer je bijvoorbeeld omgaan met concentratie- of spraakproblemen. Afhankelijk van je klachten wordt de therapie gegeven door een psycholoog, ergotherapeut of logopedist.

Samen met een arts en (eventuele) mantelzorgers kijk je óf en hoeveel hulp je nodig hebt. Afhankelijk van je situatie kun je met vasculaire dementie in het beginstadium vaak thuis blijven wonen met de juiste zorg en begeleiding. Deze zorg kan van de wijkverpleging en van mantelzorgers komen. Mantelzorgers kunnen je partner, je kinderen, vrienden, maar ook je buren zijn. In een latere fase is opname in een verpleeghuis vaak nodig omdat je algehele conditie slechter is door de schade aan je hersenen.

Omdat je bij vasculaire dementie zelf vaak weet dat je ziek bent, kun je je verdrietig, somber en minder energiek voelen. Hoewel deze klachten ook kunnen ontstaan door de vaatschade, kan het ook door een depressie komen. Deze kan behandeld worden en een goede behandeling van depressie kan soms zelfs het cognitief functioneren verbeteren.

Vasculaire dementie vraagt ook veel van de mensen in je directe omgeving. Voor hen kan het lastig zijn om te merken dat je verandert en dat dingen anders gaan dan voorheen. Zeker van mantelzorgers wordt veel gevraagd. Voor hen is het belangrijk om niet overbelast te raken.