Virusinfectie

Wat is een virusinfectie?

In het kort:

Bij een virusinfectie dringt een virus het lichaam binnen waardoor je ziek kunt worden.
Een virusinfectie veroorzaakt ontstekingen in verschillende organen in het lichaam zoals de ogen, longen en huid.
Een virusinfectie ontstaat door besmetting via de longen, maag-darmkanaal of huid of slijmvliezen.
Vaak gaat een virusinfectie gepaard met koorts en vermoeidheid.
Behandeling van een virusinfectie is meestal niet nodig, het gaat vanzelf over.
Goede hygiëne is belangrijk bij het voorkomen van besmetting.

Over een virusinfectie

Een virusinfectie is een infectie die veroorzaakt wordt door een virus. Een virus bestaat uit erfelijk materiaal. Een virus is geen organisme en heeft daarom om te overleven en om zich te vermenigvuldigen een gastheer nodig. Als je besmet bent, ben je dus gastheer en gebruikt het virus jouw cellen voor zichzelf. Het virus zal zich dan ook in jouw cellen gaan vermenigvuldigen. Het virus zal zich verder verspreiden en je kunt vervolgens andere mensen besmetten met het virus.

Over het algemeen ontwikkelt je lichaam zelf voldoende weerstand om de virusinfectie onschadelijk te maken. Dit is niet altijd het geval. Er zijn vele virussen bekend die verschillende ziekten kunnen veroorzaken. Virussen kunnen op vele plaatsen in het lichaam problemen, met name ontstekingen, veroorzaken. Een virusinfectie kan zich bijvoorbeeld lokaliseren in je ogen, je longen, je huid, je darmen of in je evenwichtsorgaan.

Enkele bekende voorbeelden van virussen zijn:

Humaan papiloma virus: de veroorzaker van wratten
Het herpes simplex virus: de veroorzaker van de koortslip
Het Varicella zostervirus: de veroorzaker van waterpokken en gordelroos
Het norovirus: een veroorzaker van buikgriep en buikloop
Het influenzavirus: de veroorzaker van griep
HIV: de veroorzaker van AIDS

Virusinfecties moeten niet verward worden met bacteriële infecties. Bacteriën zijn anders dan virussen wél organismen en kunnen ook zonder gastheer overleven. Je lichaam zit vol met bacteriën die daarin leven en dat is heel normaal. Maar slechte bacteriën kunnen ontstekingen veroorzaken op verschillende plekken in je lichaam.

Je kunt op verschillende manieren besmet raken met een virus:

Via de longen of het maag-darmkanaal. Je kunt bijvoorbeeld ziek raken door de lucht in te ademen die iemand anders heeft uitgeniest of uitgehoest. In die lucht zitten dan virussen, die vervolgens bij jou een virusinfectie veroorzaken. Als je vervolgens zelf gaat niezen of hoesten kun je anderen besmetten. Ook kunnen virussen via je handen of eten je maag-darmkanaal binnenkomen en je zo infecteren. Het is daarom belangrijk om altijd in je elleboog te hoesten of te niezen en regelmatig je handen te wassen. Op die manier bescherm je niet alleen jezelf, maar zorg je er ook voor dat je anderen niet besmet.
Via beschadigde huid of slijmvliezen
Via injecties en infusies met besmet bloed of vuile naalden

De symptomen van een virusinfectie zijn afhankelijk van een aantal factoren:

De aard van het virus
De plaats waar het virus zich bevindt
De duur van de infectie
De conditie van je afweersysteem
Je algemene geestelijke en lichamelijke conditie

Algemene symptomen van een virusinfectie kunnen zijn:

Koorts
Vermoeidheid
Algeheel onwel bevinden

Een behandeling van een virusinfectie is meestal niet nodig, omdat je eigen lichaam goed in staat is om je te beschermen tegen virussen. Je afweersysteem zal zelf antistoffen aanmaken. Hierdoor grijpt je lichaam direct in als je hetzelfde virus nogmaals tegenkomt. Toch kun je keer op keer verkouden worden en de griep krijgen. Dit komt doordat er veel verschillende soorten virussen zijn en deze continu veranderen.

Ten onrechte wordt vaak gedacht dat een virusinfectie met een antibioticum behandeld kan worden. Dit geneesmiddel werkt echter alleen tegen bacteriën, niet tegen virussen. Er zijn wel enkele anti-virale middelen op de markt die werkzaam zijn tegen virusinfecties:

De virusstatische middelen: remmen de vermenigvuldiging van virussen
De virucide middelen: doden virussen

In het geval van HIV en AIDS is het noodzakelijk om medicatie te gebruiken. Dit kan alleen in overleg met een arts.

Wat kun je zelf doen?

Tegen een aantal virussen kun je ingeënt worden. Hiermee wordt al gestart als je baby bent. Je kunt dan een vaccinatie krijgen tegen mazelen, rode hond, bof en andere infectieziekten. Soms moet een vaccinatie herhaald worden. Bijvoorbeeld de griepvaccinatie moet elk jaar opnieuw gehaald worden, omdat het virus telkens verandert.

Virusinfectie worden veelal door hoesten en handcontact overgedragen. Om verspreiding van virusinfecties te voorkomen kun je het volgende doen:

Was regelmatig je handen
Hoest en nies in je elleboog
Gebruik wegwerpzakdoeken

Virusinfectie

Oorzaken

Symptomen

Behandeling