Whiplash

Wat is whiplash?

Een whiplash betekent dat je hoofd een heftige slingerbeweging heeft gemaakt ten opzichte van de rest van je lichaam. Letterlijk betekent whiplash 'zweepslag'. Ook de term cervicaal acceleratieletsel (CAL) wordt gebruikt. Dit betekent dat er een beschadiging is ontstaan in het nek-ruggenwervelgebied door een plotselinge heftige beweging. Door een whiplash kunnen wervels, spieren, banden en gewrichten beschadigd raken in het bovenste deel van je rug.

Symptomen

Vaak krijgen mensen met een whiplash direct klachten, sommigen pas na een à twee weken. De symptomen van een whiplash bestaan voornamelijk uit ernstige nekklachten. Dit komt waarschijnlijk doordat de nek na het opgelopen trauma in de eerste twee weken ‘vast gaat zitten’. Dit is een gevolg van een verhoogde nekspierspanning. Een soort van beveiligingsmechanisme om de getraumatiseerde nek niet verder te beschadigen.

Het is vooraf onduidelijk hoe de symptomen van een whiplash zich ontwikkelen. Spontane genezing is mogelijk binnen twee jaar. Bij ongeveer zeventig procent van de mensen verdwijnen de klachten binnen drie tot zes maanden. Bij ongeveer dertig procent van de mensen zijn de symptomen chronisch met beperkingen in de dagelijkse activiteiten. Circa tien procent van de mensen ondervindt voor langere tijd ernstige pijnklachten.

Meest voorkomende whiplash klachten

Er bestaan ongeveer zeventig klachten bij whiplash. Deze beginnen meestal binnen drie dagen na het ongeval. De meest voorkomende lichamelijke klachten bij een whiplash in volgorde van voorkomen zijn:

  • Stijfheid van de nek (verminderde mobiliteit)
  • Hoofdpijn
  • Vermoeidheid
  • Schouderpijn
  • Slaapstoornis
  • Rugpijn
  • Duizeligheid

Mogelijke cognitieve klachten bij een whiplash zijn:

  • Concentratieproblemen
  • Vergeetachtigheid
  • Geheugenstoornissen
  • Problemen met het vinden van woorden

Daarnaast komt vaak overgevoeligheid voor allerlei prikkels zoals stress, spanning, licht of geluid voor.

Chronisch whiplash syndroom

Bij ongeveer tien procent van de mensen met een whiplash bestaan de klachten langer dan een jaar. Zij ondervinden dagelijks klachten en problemen die een grote invloed hebben op hun functioneren. Zij ontwikkelen een ‘chronisch whiplash syndroom’. Dit syndroom wordt gekenmerkt door chronische pijn, slaapproblemen, concentratiestoornissen, geheugenstoornissen en overgevoeligheid voor allerlei prikkels zoals stress, spanning, licht of geluid.

Bekend is de whiplash die ontstaat als je van achteren wordt aangereden. Door de klap wordt je hoofd naar achter geslagen en dan direct weer naar voren. Een whiplash kan ook ontstaan door een heftige beweging opzij of naar achteren. Behalve door aanrijdingen met auto's kan een whiplash ontstaan door ongelukken tijdens het sporten of thuis, bijvoorbeeld door een val van de trap. Om preciezer aan te geven welke beweging het hoofd heeft gemaakt, noemen sommige artsen de whiplash ook wel acceleratieletsel (hoofd slaat voorover) of deceleratieletsel (hoofd slaat achterover).

De diagnose stellen van een whiplash is niet eenvoudig. Meestal is op röntgenfoto's niets te zien en een MRI of CT-scan geeft maar in enkele gevallen duidelijkheid. Wel kan op deze wijze ander letsel worden uitgesloten. Belangrijk voor het vaststellen van de diagnose whiplash is, dat:

  • De arts het verhaal van de patiënt goed aanhoort. De aard en toedracht van het ongeval moeten daarbij aan bod komen.
  • De arts hoort of de patiënt buiten bewustzijn is geweest en wat de klachten en symptomen en het verloop daarvan zijn. Bij bewusteloosheid langer dan vijf minuten passen de mogelijke gevolgen en behandeling meer bij een niet-aangeboren hersenletsel (NAH).
  • Een zorgvuldig lichamelijk onderzoek wordt gedaan, aangevuld met een neurologisch onderzoek.

Aan de hand van deze onderzoeken kan de arts bepalen of – en zo ja – in welke mate iemand whiplashletsel heeft. De een groot deel van de mensen met een whiplash herstelt gelukkig vrij vlug en volledig.

In de medische wereld bestaat nog geen volledige overeenstemming over de behandeling van een acute en chronische whiplash. Tot op heden is niet een behandeling zonder meer succesvol gebleken bij whiplashpatiënten. Wel is bekend dat veel mensen baat hebben bij een multidisciplinaire aanpak, waarbij specialisten uit verschillende vakgebieden met elkaar samenwerken. Daarnaast mag je de pijn met pijnstillers bestrijden. Je mag de nek gerust bewegen. Artsen zeggen wel eens ‘Rust roest’: het is juist goed om de nek te blijven bewegen. Na drie weken is de behandeling afhankelijk van het verloop van het herstel. Als het natuurlijk herstel stagneert, kan een fysiotherapeut worden ingeschakeld.

Fysiotherapie

In veel gevallen wordt na een whiplash fysiotherapie aangeraden. De fysiotherapeut kan je helpen een goede houding aan te nemen.

Je kunt ook een halskraag voorgeschreven krijgen. Deze ontlast je nek een tijdje. Maar uiteindelijk moet je nek zelf weer al het werk doen, zonder kraag. Als je de kraag langer dan zes weken zou dragen, wennen de nekgewrichten eraan en dit beperkt het juist je bewegingsmogelijkheden.

Bij een whiplash kun je zelf je klachten enigszins verlichten door oefeningen en rust. Hiervoor kun je adviezen vragen aan je fysiotherapeut of arts. Tot een dag of twee na het ontstaan van de whiplash is het verstandig heel rustig aan te doen en je nek niet te veel te belasten. Je kunt ijs in een plastic zak doen, deze in een handdoek wikkelen en tegen je nek aanhouden. Neem bij pijn vooral een paracetamol of iets dergelijks. De kans op chronische pijn verklein je door vooral in de beginfase goede pijnstilling te gebruiken.

De eerste paar dagen is het goed om te voorkomen dat je nek te warm wordt. Na de eerste paar dagen kan het nodig zijn om langzaamaan aan je houding te werken, samen met een fysiotherapeut. Probeer als je staat je schouders naar achteren te houden en je buik aan te spannen (met mate). Zorg bij het zitten dat je onderrug de rugleuning raakt. Als je geen halskraag hebt, kun je speciale kussens kopen bij de apotheek, of een opgerolde handdoek onder je nek leggen in bed.

Als je moeilijk slaapt, kun je ook proberen overdag actief te zijn, door te wandelen of te fietsen. Dat helpt 's nachts je behoefte aan slaap en overdag leidt het je gedachten af van je nek. Daardoor ontspannen je spieren beter, wat ook voor je herstel gunstig is. Ontspanningsoefeningen hebben ook een gunstig effect. Maar verder is te veel activiteit niet aan te raden: juist rust helpt je nek om te herstellen.