GEZONDHEIDSENCYCLOPEDIE

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

172 resultaten gevonden

  • Slijmbeursontsteking heup (Bursa trochanterica)
    Wat is een slijmbeursontsteking in de heup? De slijmbeurs Het heupgewricht is een kogelgewricht en vormt een verbinding tussen het bekken en het dijbeen. Het gewricht bestaat uit een kogel en een kom. Om het gewricht heen liggen allerlei pezen die de gewrichten verbinden aan de spieren. Ter hoogte van het grote botpunt aan de buitenkant van het bovenbeen ter hoogte van de heup, loopt een lang peesblad. Om directe wrijving tussen die pees en het botpunt te voorkomen, zit daartussen een soort kussentje. Dit kussentje is een slijmbeurs. Als dit kussentje geïrriteerd of ontstoken is, dan noemen we dit een slijmbeursontsteking. In de heup zitten twee slijmbeursen: de bursa trochanterica en de bursa iliopsoas. De bursa trochanterica is de slijmbeurs die doorgaans de meeste problemen geeft.In het kort: Een slijmbeurs in de heup is het ‘kussentje’ tussen de pees en het botpunt aan de buitenkant van het bovenbeen. Als dit kussentje geïrriteerd of ontstoken is, noemen we dit een slijmbeursontsteking. De oorzaak is meestal overbelasting van de heup, bijvoorbeeld door langdurige inspanning. Slijmbeursontsteking in de heup is dan ook een veel voorkomende hardloopblessure. (Hevige) pijn en ontstekingsverschijnselen (roodheid, zwelling en warmte) van de heup zijn veelvoorkomende klachten. Rust is belangrijk zodat het lichaam zelf kan herstellen. Tegen de pijn kan (ontstekingsremmende) medicatie voorgeschreven worden. Over slijmbeursontsteking heup Een slijmbeursontsteking in de heup is een veel voorkomende hardloopblessure, maar ook bij niet-sporters komt een slijmbeursontsteking in de heup voor. Deze aandoening gaat vaak gepaard met hevige pijnen afgewisseld met periodes van minder pijn. In sommige gevallen is de heup gezwollen, rood en warm.
    Lees verder
  • Slijmcyste
    Een cyste is een met vocht gevulde holte op een plaats waar eerst geen holte aanwezig was. Wanneer deze holte is gevuld met slijm, spreek je van een slijmcyste. De slijmcyste kan ontstaan bij ontsteking, beschadiging of spontaan zonder aanwijsbare oorzaak. Verwijdering kan noodzakelijk zijn als de cyste problemen oplevert.        
    Lees verder
  • Slijmvlieszwelling
    De binnenzijde van vele oppervlakten in het lichaam is bekleed met slijmvlies. Slijmvlies is een soort huid met een speciaal soort cellen die een beschermend slijm produceren. Afhankelijk van het soort slijmvlies is de functie van het slijm bescherming, afweer, bevochtiging of ondersteuning van voedselvertering. De slijmproducerende cellen reageren soms heftig op prikkels van buitenaf. Dit komt onder andere voor bij een allergie. Er ontstaat zwelling van het slijmvlies en verhoogde productie van vocht en/of slijm. Afhankelijk van de lokalisatie ontstaan hierdoor een loopneus, tranende ogen, benauwdheid of jeuk. Behandeling Medicijnen zijn niet nodig. De ontsteking geneest vanzelf. Sommige mensen gebruiken xylometazoline spray of druppels. Dit vermindert de slijmvlieszwelling in de neus-keelholte en kan soms verlichting geven. Xylometazoline is bij de drogist en apotheek verkrijgbaar. Je kunt het drie keer per dag gebruiken, maar niet langer dan een week. Wat kun je zelf doen? Stomen kan verlichting geven. Doe dit desgewenst driemaal per dag, gedurende een kwartier boven een kom heet water (pas op voor verbranding). Toevoegen van kamille, zout of menthol heeft geen zin. Stomen kan ook in de badkamer of douche door de warmwaterkraan open te draaien en de stoom die in de gesloten ruimte ontstaat in te ademen. Het druppelen of sprayen van zout water in je neus kan verlichting geven. Je kunt de zoutoplossing zelf maken. Strooi hiervoor een afgestreken theelepel zout in een limonadeglas gevuld met lauw water. Je kunt een paar keer per dag (of zo vaak je prettig vindt) druppelen of opsnuiven. De zoutoplossing is ook kant en klaar (als druppels of spray) bij de drogist of apotheek te koop. Zo nodig kun je een pijnstiller gebruiken. Gebruik bij voorkeur paracetamol omdat het goed werkt en er weinig kans is op bijwerkingen. Twee tot viermaal daags een of twee tabletten van 500 milligram. Als dat niet helpt kun je een andere pijnstiller proberen, zoals ibuprofen of diclofenac. Deze twee middelen kunnen maagklachten geven.
    Lees verder
  • Slikproblemen
    Wat zijn slikproblemen? In het kort: Bij slikproblemen gaat slikken moeilijk of is het zelfs onmogelijk. Slikproblemen komen veelal voor bij baby’s, jongeren en ouderen. Veelvoorkomende oorzaken zijn onder andere spieraandoeningen, schildklierproblemen en medicijngebruik. Slikproblemen herken je onder andere aan vaak slikken, moeite met eten, langzamer eten, hees- en schorheid en/of pijn bij het slikken. Het aanpassen van je voeding kan helpen slikproblemen te verminderen. Rustig eten en voldoende drinken bevorderen het slikproces. Bij moeite met het doorslikken van voeding, is het belangrijk om je voeding aan te passen. Als je slikproblemen aanhouden, is het goed om contact op te nemen met je huisarts of een logopedist. Over slikproblemen Slikproblemen zijn aandoeningen die slikken moeilijk of zelfs onmogelijk maken. Als slikken moeilijk is, wordt er ook wel gesproken van dysfagie. Als slikken onmogelijk is, heet dit afagie. Slikproblemen komen vaak voor bij ouderen, jongeren en baby’s, maar kunnen ook veroorzaakt worden door bijvoorbeeld een herseninfarct (CVA) of stress. Ook problemen met je schildklier kunnen slikproblemen veroorzaken. Slikken gebeurt in verschillende fasen. De verschillende fasen van slikken zijn: Als je je eten alleen nog maar ziet of ruikt, begint het slikproces eigenlijk al. Je lichaam maakt automatische speeksel aan. Dit speeksel maakt het kauwen gemakkelijker en zorgt ervoor dat je spijsvertering snel op gang komt. Als je voedsel voldoende gekauwd is, duwt je tong de voedselbrij van de achterkant van je mondholte naar de bovenkant van de keelholte. Als het voedselmengsel je keelholte raakt, sluit je strottenhoofd zich. Het sluiten van je strottenhoofd voorkomt dat je voedsel in je bovenste luchtwegen of je longen terechtkomt. Direct na het sluiten van je strottenhoofd komt de slikreflex op gang. Als het voedsel je slokdarm heeft bereikt gaat je strottenhoofd weer open. Ondertussen begint je slokdarm zich ritmisch samen te trekken om je voedsel naar je maag te stuwen.
    Lees verder